Lambert Staals

Kadaster nummer:  A-1316 De Hagelkruische akkers

Eigenaar:                  Jan Koenen

Beroep:                     Landbouwer

Beschrijving             Huis en erf. Oppervlakte 1190 m²

Jan Coenen huwt rond 1806 de weduwe Joanna Maria Custers of Kusters. Joanna Maria was eerder gehuwd met Lambertus van Lil. Hij komt daarmee in het bezit van genoemde percelen A-1316 en A1317 met de twee panden.

Zoals te zien in de tabel en de kadastrale inschrijving bestaat het bezit van Jan Koenen uit twee woningen. Een daarvan is in tweeën gedeeld, en heeft daarmee twee huisnummers.

Het bevolkingsregister 1825 laat als bewoners zien:

Na het overlijden van Joanna Maria Kusters in 1838 wordt de memorie van successie opgemaakt, de aangifte wordt gedaan door de twee kinderen uit het eerste huwelijk van Joanna Maria Kusters.

Wij ondergetekenden, 1^e Pieter van Lil Roomsch Katholiek Priester wonende te Namen 2^e Ida van Lil gehuwd met Jan Andries Scheffers wonende te Weert eenige en wettige naagelaten kinderen van de overledene en van wijle Lambert van Lil van wien al deze goederen zijn voortgekomen, domicilium kiezende ten huize van Jan Koenen te Maarheeze.

Vader Jan Coenen overleed Weert 24 oktober 1843.

Het geheel komt nu in het bezit van Ida Catharina van Lil, dochter uit het eerste huwelijk van Joanna Maria Kusters. Zij is gehuwd met Joannes Andreas Scheffers (1786-1858), ten tijde ook in Weert woonachtig.

De eerste kadastrale inschrijving geeft aan Hagelkruische akkers, de nieuwe inschrijving laat zien Kerkstraat 29, 30 en 30a.

De bevolkings registers 1850-1860 laten dan de volgende inschrijvingen zien:

 

In 1871 vertrekt de familie Verhees en komt er een familie van Veldhoven te wonen.

De familie van Veldhoven vertrekt in 1872 weer naar Leende.

Jan Mathijs Dirks is een broer van Jacobus Dirks. Hij komt in de boerderij te wonen samen met zijn kinderen, na het overlijden van zijn echtgenote Petronella Catharina van Kessel (1835-1889)

Na de families Weijers en Lammers die maar kort bewoners waren, wordt de nieuwe eigenaar van de boerderij met huisnummer 30 Jan Notten (zie ook Moonslaan 7)

Jan Notten ingeschreven als molenaar en herbergier, laat in 1887 de nieuwe stenen molen midden in Maarheeze bouwen.

In 1906 verkocht hij de molen weer aan de familie Kunnen.

 

In 1906 wordt de molen verkocht aan Godefridus Kunnen. Deze familie zal de molen drie generaties lang bemalen.

In 1948 nam zoon Sjang (Peter Jan Hubertus) het van zijn vader over, en weer later wordt Sjang opgevolgd door zijn zoon Jan (Johannes Antonius) als molenaar en eigenaar.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de molen gebruikt om signalen af te geven aan onderduikers in de buurt. Aan de stand van de wieken kon men zien of en wanneer er gevaar dreigde. De molen werd in 1959 afgebroken. 

Een van de molenstenen lag nog jarenlang in de tuin van een van de bewoners.

Uiteindelijk werd de steen aan de gemeente geschonken, en besloten werd dat er ter herinnering een blijvend monument van gemaakt zou worden. Dit monument / kunstwerk staat als herinnering bij de brandweer kazerne in Maarheeze, de plek waar de molen eens stond.

Wat volgt, is de onstuitbare groei van Maarheeze, en waar eens de molen in een zee van ruimte stond, is nu een zee van huizen.